De ridders van Assendelft vormden een kleurrijke familie. Deze familiekroniek beschrijft hun wederwaardigheden vanaf de tijd van Jacoba van Beieren tot het begin van de Tachtigjarige Oorlog. Centraal staan de persoonlijke beslommeringen van drie hoofdrolspelers: ridder Barthoud, zwager van graaf Willem VI en vertrouweling van Jacoba van Beieren, ridder Gerrit die onder de Bourgondiërs ruim drie decennia zitting had in de grafelijke Raad van Holland en zijn jongere naamgenoot, president van het Hof van Holland en coryfee van het geslacht. Tegen de achtergrond van maatschappelijke veranderingen schetst Bert Koene hun handel en wandel tussen kille huwelijkspolitiek en buitenechtelijke relaties, tussen oprechte vroomheid en religieus fanatisme, tussen eerzame ambtsvervulling en grove corruptie. Doordat deze Van Assendelfts hoge publieke functies bekleedden, biedt hun 'kleine' geschiedenis tevens een inkijkje in de 'grote' geschiedenis van hun tijd.