De verhouding tussen staat en religie kent tal van praktische vraagstukken. Een eventueel verbod van de burka in het openbare leven, de subsidiëring door de gemeente Amsterdam van de bouw van de Westermoskee en het toezicht op godsdienstonderwijs. Ook in de ons omringde landen is (de vrijheid van) godsdienst steeds vaker onderwerp van publiek debat. De wereldwijde ophef rond de Deense cartoons is een evident voorbeeld, maar ook het debat in Frankrijk rond de invoering van het verbod op het dragen van "duidelijke zichtbare godsdienstige tekens"op scholen en de discusies in Duitsland naar aanleiding van de Kruzifixentscheidung van het Bundesverfassungsgericht. Deze bundel bestaat uit een aantal diepgravende, deels rechtsvergelijkende, bijdragen over de verhouding tussen staat en religie. Daardoor krijgt de lezer niet alleen een goed overzicht van het geldend recht maar ook van de verschillende benaderingen bij het oplossen van genoemde concrete vraagstukken.