In de 21e eeuw vergt werk niet zozeer een fysieke, maar vooral een emotionele en mentale inspanning. Hierdoor komen werkgerelateerde psychische klachten en daarmee samenhangend ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid veelvuldig voor. Anderzijds is er ook steeds meer aandacht voor een positieve benadering van arbeid en gezondheid met een sterke nadruk op de bevlogenheid en duurzame inzetbaarheid van medewerkers.

De psychologie van arbeid en gezondheid komt tegemoet aan de groeiende behoefte aan deskundigheid op het gebied van werk en welzijn. De eerste editie van dit boek verscheen in 2003 en sindsdien heeft de psychologie van arbeid en gezondheid zich ontwikkeld tot een niet meer weg te denken vakgebied. In deze vierde, geheel herziene editie zijn enkele nieuwe hoofdstukken opgenomen over positieve interventies, diversiteit, duurzame inzetbaarheid, en leiderschap – allemaal in relatie tot gezondheid en welbevinden van werknemers.

De psychologie van arbeid en gezondheid is een compleet en actueel leerboek waarin alle belangrijke onderwerpen aan bod komen. In het eerste systematische deel staan theorie, assessment, interventie en onderzoek centraal. In het tweede deel wordt ingegaan op specifieke hedendaagse thema’s zoals emotionele arbeid, pesten op het werk, de balans tussen werk en privé, baanonzekerheid, burn-out en bevlogenheid, werkverslaving, en technologie en gezondheid.

Het boek wordt gebruikt op universiteiten en hbo-opleidingen maar kan ook van dienst zijn bij postdoctorale opleidingen tot A&O deskundige, arboconsulent, preventiemedewerker, arbeidsdeskundige, re-integratiedeskundige, bedrijfs- en verzekeringsarts.